Dat Ari Folman zowel regie, scenario, productie en de hoofdrol in deze animatiefilm voor zich neemt, is allerminst toevallig. Het hele verhaal is gebaseerd op Folmans eigen ervaringen tijdens zijn legerdienst, waarvan hij als 19-jarige Israëlische soldaat een deel doorbracht in Libanon.
In juni 1982 valt Israël haar noordelijke buur binnen, die intussen al een decennium lang verscheurd wordt door verschillende strijdende krachten binnen haar landsgrenzen, waaronder de Palestijnse PLO, christelijke falangisten en Syrische troepen. Ari Folman en zijn vriend Ori Sivan waren beiden betrokken bij deze acties, maar gaan erg verschillend om met hun oorlogsverleden. Waar Ori Sivan lijdt onder een zwaar trauma, met frequente flashbacks en nare dromen, beperkt Ari Folmans herinnering aan de oorlog zich tot één gebeurtenis, die – zo blijkt – verwijst naar de slachtpartijen in de vluchtelingenkampen van Sabra en Shatila.
Ari Folman gaat gedurende de film herinneringen ophalen bij vrienden en andere getuigen, om zo ook zijn oorlogsverleden op te helderen.
Folman en co hadden zo’n vier jaar nodig om deze documentaire animatiefilm af te werken. De hele film werd geanimeerd met behulp van Adobe Flash, een tool die vooral populair is voor het maken van eenvoudige web-based spelletjes, waarbij de esthetische kwaliteiten een ondergeschikte rol spelen. Een hele film maken aan de hand van Flash-animaties is dan ook allesbehalve orthodox en laat zich ook voelen in de bescheiden mimiek van de personages.
Die beperkte mimiek draagt echter bij tot de donkere sfeer die de film - en intussen ook de studio van Folman - kenmerkt. Deze sfeer wordt versterkt door gebruik te maken van klassieke muziek, onder meer de wals, Waltz' schijnbaar politiek incorrecte eighties rock en vaak terugkomende surrealistische scènes.
Een jaar na de release van de film in 2008 werd de prent ook in de vorm van een ‘graphic novel’ gegoten.
Beweren dat deze film goed onthaald werd, is overtuigend een understatement te noemen. Algauw wist Waltz with Bashir de award-nominaties aan elkaar te rijgen. Hieronder volgt een klein overzicht:
Golden Globe Awards (persprijs – Hollywood)
Beste anderstalige film – gewonnen
Cézar Awards (Franse nationale filmprijs)
Beste buitenlandse film - gewonnen
Ophir Awards (prijs van de Israëlische film- en televisieacademie)
Beste film – gewonnen
Beste regie, screenplay, artistiek ontwerp (en meer) – gewonnen
Beste cinematografie – genomineerd
Academy Awards (filmacademie Hollywood)
Beste anderstalige film – genomineerd
International Documentary Association Awards
Beste documentaire – gewonnen
De lijst gaat zo nog even door.
Een film met een onderwerp als dit lokt uiteraard controverse uit. Het is duidelijk dat deze film uit een kritische hoek van de Israëlische maatschappij komt. Het is niet alleen een aanklacht tegen de oorlogen uit het verleden; de film tracht ook vragen op te roepen over de positie van Israël tegenover de rest van het Midden-Oosten. In Libanon leidt dat tot wroeging: het tonen van de film is er namelijk verboden, net als in een aantal andere Arabische landen.[1] Zo wordt duidelijk dat de film nog helende wonden dreigt open te rijten.
[1] « Israel film on Lebanon War ‘Waltz with Bashir’ shown in Beirut » Haaretz ; 21/01/2009
Deze film kan op diverse manieren worden ingezet in het onderwijs. Ten eerste kunnen, op een vrij klassieke manier, verschillende scènes uit de film worden gebruikt om historische gebeurtenissen te verbeelden en de les te illustreren. Ten tweede kan de film in zijn geheel worden bekeken en als historische bron worden benaderd. Omwille van de animatie leent de film zich gemakkelijk tot het toepassen van historische kritiek (cf. film als weergave van de werkelijkheid versus als venster op die werkelijkheid). Tot slot kan de film ook bekeken worden als een egodocument dat filosofische vragen opwerpt over oorlog en de impact daarvan.
I. SCENES
1. Oorlogsscènes (vaak met onderhuidse anti-oorlog boodschap, over de zinloosheid van oorlog)
2. Persoonlijke impact van oorlog – therapeutische sessies over impact oorlog
3. Leven aan het front
4. Leven achter het front
5. Politieke figuren: Ariel Sharon, Bashir Gemayel
6. Sabra en Shatila
7. Verwijzingen naar Holocaust
In de film zitten enkele kleinere verwijzingen naar de Holocaust en de voorgeschiedenis van Israël. Deze scènes tonen dat deze geschiedenis veel meer aanwezig is in de Israëlische samenleving én veel meer nadruk krijgt – wat ook logisch is. Daarnaast illustreren ze, gewild of ongewild, de vaak gehoorde kritiek op Israël die sinds de jaren ’80 steeds vaker wordt gehoord: Israël neemt steeds vaker de rol van agressor op. Op deze manier treedt het land uit haar pure slachtofferrol.
II. WALTZ WITH BASHIR ALS BRON
1. Filmtheorie / historische kritiek
Zie hiervoor ook de lessenreeks over film elders op deze site.
Doordat er in de film gewerkt wordt met animatie, is de invloed van de makers van de film duidelijker zichtbaar: de ingrepen van de filmmakers op de realiteit zijn overduidelijk. Hierdoor heeft de film minder het imago louter een weergave van de werkelijkheid te zijn. Door leerlingen eerst kennis te laten maken met filmtheorie a.d.h.v. deze film kan dit alles duidelijk uitgelegd worden. Het is dan misschien gemakkelijker voor leerlingen om diezelfde manipulatie daarna te herkennen in ‘gewone’ films, zonder animatie dus.
2. Anti-oorlogsdocument
Daarnaast is deze film duidelijk een anti-oorlogsdocument. We stellen hier enkele vragen die gesteld kunnen worden rond de film.
- Wat is de centrale boodschap die deze film brengt?
- Komt de schuldvraag i.v.m. het bloedbad in Sabra en Shatila voldoende aan bod in de film?
- Wat zijn de voor- en/of nadelen van het soldatenperspectief in de film?
- Maakt het feit dat er geen Palestijns/Libanees perspectief in de film zit, de film minder sterk?
- Wat was de reactie op de film in Israël en Palestina?
- Wat was de reactie op de film in de rest van de wereld?
- Waren deze reacties ook politieke reacties?
- Levert de film, hoewel hij eigenlijk verhaalt over het verleden, commentaar op de toenmalige situatie in Israël?
De film Waltz with Bashir moet gezien worden tegen de achtergrond van twee historische gebeurtenissen: de Libanese burgeroorlog (1975 – 1990) en de Israëlische inval in Libanon (met o.m. de genocide in Sabra en Shatila) in 1982. De film verschaft niet veel achtergrondinformatie, er wordt verwacht dat de kijker de film zelf kan plaatsen binnen het juiste historische kader. Deze is echter minder gekend onder Belgische leerlingen, vandaar het belang van het schetsen van dat kader.
Libanese burgeroorlog
Libanon is een land dat sinds haar onafhankelijkheid uit het Franse mandaat in 1943 verschillende (religieuze) bevolkingsgroepen kende: sjiieten, soennieten, maronitische christenen, … Om een optimale samenwerking te garanderen werden bij de onafhankelijkheid de verschillende politieke functies (presidentschap, premierschap, …) toegewezen aan verschillende bevolkingsgroepen. Eén van de leiders binnen die christelijke strekking in Libanon was Pierre Gemayel. Hij stichtte er de falangistische partij als een afsplitsing binnen de christelijke politieke beweging. Het is zijn zoon, Bashir Gemayel, waarnaar verwezen wordt in de titel van de film.
Deze verdeling van politieke ambten wordt gezien als de basis voor de burgeroorlog vanaf de jaren ’70. Reeds eind jaren ’50 eisten de moslims in Libanon een nieuwe volkstelling. Zij meenden immers dat hun bevolkingsaantal fel gestegen was en wilden dit vertaald zien in meer politieke inspraak. Dit werd hen echter geweigerd. Daarnaast was de aanwezigheid van de Palestijnse PLO (Palestine Liberation Organization – Palestijnse Bevrijdingsorganisatie) een katalysator. De PLO opereerde eerst vanuit Jordanië, waar ze echter verdreven werd. Vanaf de jaren ’70 vestigde ze zich in Libanon, waar ze vanuit Beirut guerilla-acties uitvoerde op Noord-Israël. Aldus werd de PLO ook een belangrijke actor binnen de burgeroorlog die halfweg de jaren ’70 zou uitbreken tussen de verschillende (religieuze) bevolkingsgroepen.
Israëlische inval in Libanon
Al van bij haar ontstaan in 1948 vocht Israël verschillende oorlogen uit met haar Arabische buurlanden. Daar waar de eerste oorlogen vooral defensieve reacties waren op pogingen de nieuwbakken staat te vernietigen (die Israël echter aanzienlijke gebiedsuitbreidingen opleverden) nam Israël vanaf de jaren ’70 steeds meer de rol van agressor aan. Zo ook in juni 1982 met de invasie van Libanon, al moet deze ook als reactie op de bovenvermelde guerilla-acties en raketaanvallen van de PLO vanuit Libanon worden gezien.
De oorspronkelijke bedoeling was tweeledig. Ten eerste het gebied net over de Israëlische grens vrijwaren van PLO-strijders om de aanvallen te stoppen. Ten tweede de Falangistische partij helpen Bashir Gemayel president van Libanon te maken om zo vrede te kunnen sluiten tussen de twee landen (lees: de PLO uit te schakelen). Architect van de inval was de Israëlische minister van defensie, Ariel Sharon. De opmars verliep vlot dus trok het leger verder Libanon in, tot Beirut. De oude stad werd gedurende twee maanden beschoten door Israëlische kanonnen. De internationale gemeenschap reageerde afkeurend en bekwam een staakt-het-vuren in Libanon. De PLO trok zich, onder VN-toezicht, terug uit Beirut waarna het Israëlische leger zich zelf terug zou trekken.
Zou, want voor deze terugtrekking kon beginnen, werd op 14 september de ondertussen verkozen persident Bashir Gemayel vermoord in Libanon. Uit woede behielden de Israëlische troepen hun posities rond Beirut. Meer nog, ze lieten op 16 september een Libanees, falangistische legioen toe de Palestijnse vluchtelingenkampen Sabra en Shatila in te trekken. “De terroristen van de PLO verdrijven,” dat was de officiële reden voor deze actie. Let wel, deze waren reeds twee weken ervoor onder internationaal toezicht vertrokken. Wat volgde was niet minder dan een genocide: op twee dagen tijd werden op gruwelijke wijze tussen de 600 en 3500 – een exact aantal is niet bekend – Palestijnen letterlijk ‘afgemaakt’. Daarbij werd geen onderscheid gemaakt tussen kinderen, vrouwen of mannen. Dit alles gebeurde onder Israëlisch toezicht. De troepen die Sabra en Shatila omringden moeten niet alleen geweten hebben wat er zich binnen de muren afspeelde – dat deden ze volgens de getuigenissen in Waltz with Bashir ook – daarnaast ondersteunden ze met het afvuren van lichtkogels tijdens de nacht het doorgaan van de slachting. Na twee dagen werd voor de internationale gemeenschap duidelijk wat er gaande was en kwam op 18 september een einde aan de moordpartijen – niet zonder dat eerst nog 300 gevangenen werden weggevoerd uit de kampen om na de 18de nog vermoord te worden.
De reacties buiten en in Israël waren vernietigend. Een nationaal onderzoek volgde. De Kahan Commissie resulteerde in het aftreden van Ariel Sharon, wat hem echter niet belette later premier van Israël te worden.
Om de gerelateerde filmfragmenten te kunnen bekijken, dient u zich eerst aan te melden. U kan inloggen via de link onderaan deze pagina.